Ingrediënten: 1 varkensfiletlapje, 2 eetlepels olie, 1 eetlepel ketjap manis, citroensap, 1/2 theelepel sambal, 1 teentje knoflook, rijst, 1 ui, 1/2 theelepel djinten, 1/2 theelepel serehpoeder, 1/2 theelepel ketoembar, 1/2 theelepel laos, 1/2 theelepel gemberpoeder, 1/2 theelepel sambal, 100 gram pinda’s, 1 prei, 1 eetlepel ketjap manis,
Marineer 1 in blokjes gesneden varkensfiletlapje in een marinade van 2 eetlepels olie, 1 eetlepel ketjap manis, 1 scheutje citroensap, 1/2 theelepel sambal en 1 fijngehakt teentje knoflook. Laat dit zeker een half uur marineren. Liefst langer. Kook dan de rijst in kokend water. Giet het af en laat het iets afkoelen. Bak de gemarineerde varkensfilet in een hete wok (zonder olie want dat zit al in de marinade) tot het bruin is. Schep het uit de pan en houd het even apart. Fruit nu een gesnipperde ui met 1/2 theelepel djinten, 1/2 theelepel serehpoeder, 1/2 theelepel ketoembar, 1/2 theelepel laos, 1/2 theelepel gemberpoeder en 1/2 theelepel sambal. Bak de ui tot hij zacht is, voeg dan 100 gram pinda’s toe en rooster dit een paar minuten mee. Dan kan je er 1 in ringen gesneden prei toevoegen en bak dit ook een paar minuten mee. Dan roer je de inmiddels afgekoelde rijst en de varkensfiletblokjes toe samen met een eetlepel ketjap manis. Warm dit goed door en serveer. Eet smakelijk! 0